Kinderen in groepjes laten werken kost meestal meer tijd dan je had gepland. Zoveel kinderen, zoveel meningen. Is de groepsopdracht dat kinderen in een groepje muziek maken op instrumenten dan kom je in de knel met het aan elkaar laten horen van het resultaat. Deze tips zorgen ervoor dat de groepsopdrachten voortaan soepeler verlopen.
Introductie van het thema
Er gaat minstens 1 muziekles vooraf aan het uitvoeren van een groepsopdracht. In die les introduceer je het thema van de groepsopdracht. Bijvoorbeeld met een liedje, filmpje, gedicht of verhaal. In diezelfde les werk je ook alvast klassikaal met het muzikale materiaal. Onder jouw leiding maken de kinderen klassikaal een klankspel bij een onderwerp van het thema. Dit kan vocaal, met handen en voeten of met voorwerpen uit de klas. Bij de nabespreking van dit klassikale klankspel komen onder andere de klankaspecten toonsterkte en toonduur aan de orde.
Voorbeeld
Het thema is ‘heksen’. Je zingt met de kinderen in de 1e les een lied over heksen. Daarna laten de kinderen in het klassikale klankspel geluiden binnen de heksenhut of het heksenbos horen. Bespreek na hoe hard of zacht de geluiden klonken en waarom. En welke geluiden duren lang of juist heel kort?
Organiseren groepswerk
Voor het uitvoeren van de groepsopdracht trek je een hele les uit. In de groepsopdracht maken de kinderen gebruik van de schoolinstrumenten. Begin daarom met een korte introductie van de te gebruiken instrumenten: laat ze zien, benoem hoe ze heten, demonstreer kort hoe je ze bespeelt.
Daarna leg je de groepsopdracht uit. Bijvoorbeeld: laat met jullie instrumenten horen dat de heks een toversoep aan het brouwen is. Is het een lekkere soep? Hoor je de toverkracht erin? Of gebeurt er iets spannends met deze soep?
Noteer op het bord de klankaspecten waar de kinderen over na moeten denken bij het uitvoeren van hun klankspel: toonsterkte (harde of zachte klanken), toonduur (lange of korte klanken) en tempo (snelle of langzame klanken).
Nadat je groepjes hebt gemaakt gaan de kinderen met hun groepje overleggen. Samen bespreken ze welke geluiden ze gaan laten horen. De kinderen overleggen welke instrumenten ze nodig hebben. Ze maken daarbij een klankvoorstelling in hun hoofd. Ook over klankaspecten zoals toonduur en toonsterkte kunnen de kinderen vooraf samen overleggen. Desnoods hebben ze pen en papier bij de hand om aan te tekenen wie wát doet.
Oefenen op instrumenten
De essentie van het goed organiseren van groepswerk is dat de oefentijd op de instrumenten kort kan zijn omdat de kinderen vooraf én achteraf met elkaar overleggen.
Nadat de kinderen namelijk een tijdje hebben overlegd, geef je ieder groepje de gelegenheid om de gekozen instrumenten te pakken en daarop te oefenen. Afhankelijk van het aantal beschikbare instrumenten kunnen dit 2 á 3 groepjes tegelijkertijd zijn. Beperk de oefentijd tot 5 minuten zodat andere groepjes ook de instrumenten kunnen gaan gebruiken én er tijd overblijft om de muziekstukjes aan elkaar te presenteren.
De kinderen die nog niet aan de beurt zijn om met de instrumenten te oefenen, hebben langer de tijd om hun klankspel samen door te spreken en eventueel op papier uit te werken.
De kinderen die wel als eerste met de instrumenten hebben kunnen oefenen krijgen daardoor nieuwe inspiratie om hun muziekstuk te verfijnen. Dit kunnen ze na de oefentijd verder bespreken als voorbereiding op de presentatie aan het einde van de les.
Behalve dat het op deze manier lukt om de groepsopdracht efficiënt te organiseren, zorgt deze aanpak er ook voor dat je het geluidsniveau van het oefenen op muziekinstrumenten beheersbaar houdt.
Wil je meer weten over muziekdidactiek? Bekijk hier alle blogs van Sonata Muziekonderwijs met Lestips:
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.